zondag 24 februari 2008

Oostvaardersplassen


Een dagje flevoland

Plattegrond en legenda bron: Staatsbosbeheer, folder wandelen rond de Oostvaardersplassen.

Kijken naar de Karpers
Nadat we eerst het natuurpark Lelystad bezocht hadden , zijn we alsnog naar de oostvaardersplassen gegaan. Het is een prachtgebied en ik weet dat we er veel te kort voor waren om een juiste indruk te krijgen van de gehele ovp.
Wij moeten er zeker nog eens na toe als het straks mooi groen is.

Een bezoek aan de Oostvaardersplassen is een kennismaking met het Nederland van duizenden jaren geleden. Een ongerept moerasgebied, met uitgestrekte plassen en woeste graslanden. De natuur mag er onbelemmerd haar gang gaan. Uniek in Nederland én in Europa. Ontelbare vogels hebben bezit genomen van de Oostvaardersplassen. Vooral in de winter is dat een spectaculair gezicht. De natuur is er nog jong. Toch is het nu al een gebied van internationale allure.







In Nederland komt in de Zaanstreek en de kop van Noord-Holland een wilde karpersoort, de boerenkarper voor gekenmerkt door een torpedovormig lichaam (geen knik tussen kop en rug) een eindstandige bek en bleke vinnen. Fysiologisch wijken wilde karpers sterk af doordat het visvlees over het hele lichaam roodgekleurd is.
Ook komt in veel gebieden (Zeeland, Flevopolder en Haarlemmermeer veel verwilderde karper voor met een wat meer afgeplat lijf, een knik achter de kop en rode vinnen. Deze karpers planten zich ook al generaties lang gewoon voort en zijn verwilderde nakomelingen van gekweekte karpers met een opmerkelijk uniform uiterlijk.








Twee knobbelzwanen


Ook hier net zoals in het awd veel herten.


Wel een mooi uitzicht over het gebied.





Dit gebied lijkt wel getroffen door napalm , ook moest ik aan die videoclip van michael jackson denken. (earth song)

Op de achtergrond uitkijkpost Zeearend..............niet gezien helaas.


Uitkijkpost Zeearend van opzij.
De Oostvaardersplassen zijn beroemd om de vele vogels. Moerasvogels als reiger, roerdomp en karekiet leven er. Maar ook ganzen, lepelaars en aalscholvers voelen zich er prima thuis. Zelfs de zeearend wordt regelmatig gesignaleerd. Niet vreemd dat vogelliefhebbers uit de hele wereld op bezoek komen.De dijken rond het gebied zijn echte ‘vogelboulevards’. In de winter is het ruige landschap indrukwekkend kaal en stil, maar in de lente is het er een drukte van belang. Dan zijn tienduizenden grauwe ganzen in de in de rui. Enkele honderden blijven om te broeden. In september begint de bronsttijd van de edelherten. Wekenlang galmt het burlen van de mannetjes over de vlakte.




Het lijkt wel een zonsondergang maar dat was het zeker niet (geluksfactor).


We hadden geen verrekijker bij ons en mijn fototoestel is niet echt geschikt om beesten op deze grote afstand te fotograferen. Wel zagen we in de verte herten en ook (volgens ons) een vos.

Maar de afstand was zoooo groot........zonder telelens niet te doen.




We hadden ze nog niet gezien (wel zat paardenstront) de konikpaarden, maar gelukkig daar stonden ze in het riet.Het zou je maar gebeuren....een middag in het ovp en je zou geen paard hebben gezien!
De meiden vonden het maar niks en liepen snel weg.
Ik moet toegeven dat als je ze hoort komen met al dat gehinnik dat je dan wel even denkt van hoeveel zijn het er wel niet.

Wilde kuddes! Dieren van alle leeftijden! Er zijn maar weinig plaatsen in Nederland waar het natuurlijke kuddegedrag van paarden zo goed te zien is.


Ja...Een geweldig gezicht zulke grote beesten vrij in de natuur.












Paarden zijn georganiseerd in een vaste structuur: er is een hoofdkudde, een groep jonge dieren en alleen-levende hengsten.
De kudde bestaat altijd uit een groep oudere merries met hun veulentjes. De baas in de kudde is een hengst. Hij verdedigt de kudde tegen vijanden zoals roofdieren of andere hengsten.De merries hebben een strenge rangorde. De oudste staat vaak aan de top. Zij heeft veel meegemaakt en kent het gebied vaak goed. Zij bepaalt altijd waar de kudde naartoe gaat.De kuddes zijn niet zo heel groot: meestal rond de tien merries.



Om de rust van de vogels niet te verstoren, is een groot deel van de Oostvaardersplassen afgesloten voor publiek. Het vrij toegankelijke deel is een soort Oostvaardersplassen in het klein. Met een oerbos, waterpartijen, rietkragen en grote grazers. Het Praamwegviaduct biedt een prachtig uitzicht. De vogels zijn vooral van april tot en met juli te zien.